Onze lessen kleutergym zijn gebaseerd op programma’s uitgewerkt door specialisten in hun vak en aangevuld met de creativiteit en het enthousiasme van onze eigen trainers. Zo zijn de lessen samengesteld uit een mix van oefeningen uit ‘Kidies‘, ‘Multi Skillz for Gym‘ en ‘Multimove‘. Zo zorgen we voor een heel algemene, brede opleiding van onze 3- tot 5- jarigen. Vanuit de idee ‘gym is de moeder van alle sporten’ leiden we onze kinderen op in alle bewegingsvaardigheden, dus ook balvaardigheid, coördinatie, … met als vertrekpunt gymnastiek.

Onze kleuters (onze grootste groep binnen RR) is natuurlijk de schattigste groep. Al die kleine “pagadders” die samen met de turnjuffen hun “kuren” proberen te tonen. De kleuterjes van het eerste kleuter leren vooral oog-teen coördinatie om hun lichaam te leren “ontdekken”. In het tweede kleuter wordt wat tuimelingen en buitelingen gedemonstreerd. De “grote” kleuters van het 3e kleuter mogen ook al eens proeven van het turnen aan de toestellen of op de trampoline springen. 

Ons aanbod

Voor onze recreatieve gymnasten richten we ons vooral op het opleiden van algemene basisvaardigheden, al/niet op de verschillende toestellen die ook als Olympische disciplines gelden. De lessen zijn een creatieve mix van het traditionele turnen (‘toestelturnen jongens‘ = TTJ), conditiegym, ‘Freerunning‘, ‘Multi Skillz for Gym‘ en de eigen creativiteit en expertise van de trainers.

Onze competitiegymnasten worden opgeleid zodat ze uiteindelijk, vanaf de leeftijd van 10 jaar oefeningen kunnen uitvoeren op de 6 officiële Olympische toestellen .

De 6 Olympische toestellen

Grond 
“De acrobaten van het grote vierkant” 
Zoals bij de meisjes wordt de grondoefening uitgevoerd op een verende vloer van 12 m x 12 m. De gymnasten hebben 50 tot 70 sec. tijd om spectaculaire acrobatie af te wisselen met kracht, lenigheid en evenwicht. 
 
Paard met bogen 
“Rondjes draaien” 
De oefeningen op dit toestel worden gekenmerkt door kreits- en schaarbewegingen. De bewegingen vormen één vloeiend geheel waarin beheersing en evenwicht bepalende factoren zijn. 
 
Ringen 
“De ultieme kracht” 
De gymnast voert een reeks voor- en rugwaartse zwaaibewegingen uit die veelal eindigen in krachthoudingen. De ringen worden hierbij volledig onder controle gehouden. 
 
Sprong 
“Een geplande sprong” 
Na een snelle aanloop van ongeveer 25 meter streeft de gymnast naar een perfecte landing na in zijn vluchtfase één of meerdere salto’s en schroeven uitgevoerd te hebben. 
 
Brug met gelijke leggers 
“Een nooit ophoudende beweging” 
De gymnast voert houdingen, zwaai- en vluchtelementen uit met wisseling van richting boven en onder de 2 leggers. 
 
Rek 
“Het koninginnen toestel” 
De oefening, aan dit favoriete toestel voor het publiek, wordt uitgevoerd zonder pauze en bestaat uit spectaculaire reuzenzwaaien, vluchtelementen en greep wisselingen. Als toemaatje wordt een meervoudige salto als afsprong geturnd waarbij sommige gymnasten meer dan 4 meter boven de grond zweven. 

Ons aanbod

Voor onze recreatieve gymnasten richten we ons vooral op het opleiden van algemene basisvaardigheden, al/niet op de verschillende toestellen die ook als Olympische disciplines gelden. De lessen zijn een creatieve mix van het traditionele turnen (‘toestelturnen meisjes‘ = TTM), conditiegym, ‘Freerunning‘, ‘Multi Skillz for Gym‘ en de eigen creativiteit en expertise van de trainers.

Onze competitiegymnasten worden opgeleid zodat ze vanaf de leeftijd van 10 jaar oefeningen kunnen uitvoeren op de 4 officiële Olympische toestellen, vaak komt daar ook nog rekstok bij.

De 4 Olympische toestellen

Nog niet helemaal thuis in de gymnastiekwereld? Hieronder vind je meer algemene info over het toestelturnen meisjes.

Sprong 
“Als de bliksem” 
De sprong illustreert de explosiviteit van de turnster. 
De punten die de jury toekent zijn gebaseerd op de moeilijkheid van de beweging, de houding van het lichaam, de hoogte van de zweeffase en de landing. 
 
Brug 
“In bewondering voor virtuositeit” 
De brug met ongelijke leggers is ongetwijfeld het meest spectaculaire toestel in de damescompetitie. De gymnasten bewegen zich al zwaaiend van de lage (1.60 m) naar de hoge legger (2.40 m), wisselen daarbij van greep en voeren vluchtdelen en salto’s uit. 
 
Balk 
“De strijd om het evenwicht” 
Vaak beslist dit toestel van 1.2 m hoog, 10 cm breed en 5 m lang, over winst en verlies. Het is een waar gevecht met de zwaartekracht met daarbij acrobatische sprongen, pirouettes en choreografische onderdelen. 
 
Grond 
“De lichtheid van het bestaan” 
Op dit toestel kan de gymnaste haar sierlijkheid, persoonlijkheid en techniek ten volle benutten in een combinatie van acrobatie en dans. De oefening wordt uitgevoerd op een verende vloer van 12x 12 m. 

Ons aanbod

Voor onze recreatieve springers richten we ons vooral op het opleiden van algemene basisvaardigheden, al/niet op de verschillende toestellen die ook als Olympische disciplines gelden. De lessen zijn een creatieve mix van het traditionele toestelturnen, conditiegym, uiteraard trampolinespringen en de eigen creativiteit en expertise van de trainers.

Onze competitiegymnasten worden opgeleid zodat ze uiteindelijk, vanaf de leeftijd van 9 jaar oefeningen kunnen uitvoeren op de 3 soorten trampolines. Hoe ouder ze worden, hoe meer ze zich kunnen specialiseren in één of meerdere disciplines.

De verschillende toestellen

Grote of Maxi Trampoline 
Deze discipline speelt zich af in de ruimte. De gymnasten springen een reeks van 10 verschillende sprongen, waarbij salto’s en schroeven elkaar razendsnel opvolgen. 
De gymnasten worden beoordeeld op de moeilijkheid én de uitvoering van hun oefeningen. Op het hoogste internationaal niveau worden bijna uitsluitend meervoudige salto’s gesprongen. Trampolinespringen is de enige turndiscipline waar naast de individuele ook synchroonwedstrijden worden gesprongen. Deze discipline stond op de Olympische Spelen van Sydney voor de eerste maal op het programma. 
 
Dubbele-mini Trampoline 
Is een discipline die in België steeds meer aan populariteit wint. Hier voeren de gymnasten sprongen uit die vertrekken vanuit de mountzone, naar de dismount/spotterzone, en zo naar de landingszone (mat). In deze discipline behoort België bij de Europese top. 
 
Mini Trampoline 
Sinds jaar en dag een vaste waarde in alle turnzalen. De mini-tramp. is nog altijd zeer geliefd bij de recreatieve gymnasten. Hier worden enkel regionale wedstrijden individueel en per ploeg gehouden. 

Ons aanbod

Vanaf september 2020 is deze groep vernieuwd, zo is de startleeftijd voor jongens en meisjes gelijkgesteld op 15 jaar en is de oudste groep recreatief trampolinespringen samengevoegd met de vroegere groep TTM16+ en TTJ15+. De nieuwe groep kreeg de naam GYM & JUMP.

“Sportieve ontspanning na de geestelijke inspanning” 

Dit aanbod is bedoeld voor jongeren vanaf 15 jaar, meisjes en jongens. Er wordt zowel toestelturnen als trampoline beoefend.

Deze groep jongeren is een mix van alle niveau’s. Je kan er starten met gymnastiek maar ook jongeren die eerder competitie deden kunnen in deze groep terecht voor 2 uur per week op vrijdagavond. Na de school-/werkweek verzamelen om je favoriete sport samen met vrienden uit te oefenen. En ondertussen je verder bekwamen in gymnastiek. Dat is het doel van deze groep.

Ons aanbod

Voor deze discipline bieden wij enkel de recreatieve vorm aan.

Voor onze recreatieve gymnasten richten we ons vooral op het opleiden van algemene basisvaardigheden van de grondgymnastiek, het verbeteren van coördinatie van de gymnast en de verschillende tuigen die ook als Olympische disciplines gelden. Alles in een mix met de eigen creativiteit en expertise van de trainers.

De Olympische disciplines zijn

Algemeen wordt deze discipline gekenmerkt door lenigheid, expressie en behendigheid. De muziek is een heel belangrijk onderdeel en moet een eenheid vormen met de oefeningen en de  bewegingen van de turnster. Er worden zowel individuele als groepswedstrijden georganiseerd. 

Op de individuele wedstrijden worden 4 van de 5 tuigen gebruikt. 
De groepen, met 5 turnsters, demonstreren 2 oefeningen, één oefening met één tuig, één met twee tuigen. De keuze van de tuigen wisselt en wordt bepaald na elke Olympische Spelen. 

Bal 
De bal heeft een diameter van 18-20 cm. 
Belangrijke onderdelen van de oefening zijn werpen, kaatsen en rollen. De turnster moet beide handen gebruiken en de volledige vloer benutten in een ononderbroken en vloeiend geheel. 
 
Hoepel 
De gymnast voert met dit tuig rotaties rond hand en lichaam uit gecombineerd met rol- en zwaai- bewegingen, cirkels en worpen. Door de afmetingen (80-90 cm) is de hoepel een moeilijk te hanteren tuig. 
 
Knotsen 
Ook hier zijn zwaaibewegingen, cirkels en worpen van het grootste belang. De knotsen moeten zowel in beide handen als in één hand gebruikt worden. 
 
Lint 
Het lint is 6 meter lang en zeer populair bij het publiek. De bewegingen moeten groot, vloeiend en sierlijk zijn. Het lint vraagt veel coördinatie en concentratie omdat elke toevallige knoop in het touw bestraft wordt. Zwaaibewegingen, cirkels, worpen, ’slangen’ en spiralen zijn de belangrijkste onderdelen. 
 
Touw 
Het touw mag van hennep of een synthetisch materiaal zijn en moet soepel en licht aanvoelen. Sprongen over het touw, worpen, zwaaibewegingen en achtvormige bewegingen moeten in de oefening vervat zitten.